Verwij­deren onder­be­groeiing en struik­gewas in bosschages

Indiendatum: 6 jan. 2025
Antwoorddatum: 4 feb. 2025

Het college wordt verzocht de volgende vragen schriftelijk te beantwoorden:

1. Kan het college toelichten welke overwegingen een rol spelen bij het in één keer verwijderen van onderbegroeiing en het struikgewas, en waarom deze werkzaamheden plaatsvinden vlak voor de winter worden uitgevoerd, terwijl veel dieren dan juist op zoek gaan naar schuilplaatsen?

Bij regulier onderhoud aan bosplantsoen wordt er gesnoeid voor verjonging. Her en der worden er struiken verwijderd en/of gesnoeid. Dit wordt uitgevoerd om de gehele strook vitaal en toekomstbestendig te houden. In het specifieke geval in het Annapark dat u noemt in uw vragen, is sociale veiligheid de reden geweest tot verwijdering van de onderbeplanting. Er zijn meerdere meldingen van bewoners binnengekomen op het gebied van sociale veiligheid op dit stukje fietspad. Na een dergelijke melding worden per locatie de verschillende belangen goed afgewogen. We zijn en blijven zeer terughoudend om dit soort ingrijpende maatregelen uit te voeren en dit is zeker niet een standaard werkwijze. Bij deze werkwijze wordt altijd minimaal de wet natuurbescherming in acht gehouden. 

Deze werkzaamheden vinden om meerdere redenen in het najaar plaats. Dit is namelijk de meest gunstige periode wat betreft dierenwelzijn en het niet verstoren van natuurlijke processen van flora en fauna. In het najaar zijn er namelijk geen broedende vogels aanwezig die we op dat moment verstoren. Ook is de meeste flora in de ruststand en verstoren we deze natuurlijke processen minimaal. Daarnaast zit er in die periode geen blad aan de bomen en struiken waardoor de werkzaamheden technisch beter en efficiënter uitgevoerd kunnen worden. De laatste reden is dat we de workflow van de aannemers die voor ons werken op deze manier beter kunnen verdelen.

2. Hoe weegt het college het belang “netjes” tegen het belang “het versterken van biodiversiteit” en “dierenwelzijn” bij het uitvoeren van deze werkzaamheden?

Wij hechten waarde aan het borgen en beschermen van onze natuur en dieren rond en in de stad, zoals ook benadrukt in het beleidskader Groen dat uw raad in het najaar 2024 heeft vastgesteld. Hierin heeft het borgen en beschermen van de natuur, de wilde dieren en het versterken van de biodiversiteit een prominente rol. Een uitzondering hierbij zijn de toegankelijkheid en de veiligheid van onze inwoners. Het woord “netjes” is subjectief en ligt aan wat iemand als “netjes” ervaart. Voor de ene is dat strak gemaaid gras, voor de ander een bloemrijke weide.

3. Deelt het college de zorgen van de Partij voor de Dieren dat een volledige kaalslag van de onderste boslagen in een bosschage negatieve impact heeft op het welzijn van de dieren die daar leven? Zo ja, wat doet het college om de negatieve impact te beperken? Zo nee, waarom niet?

Wij zijn ons ervan bewust dat dit negatieve impact kan hebben met betrekking tot dierenwelzijn. Bij regulier bosplantsoenonderhoud wordt daarom, waar dit kan, het snoeiafval gebruikt om takkenrillen te maken. Deze langwerpige takken -en bladhopen versterken en verbeteren de leef, schuil en voedselomstandigheden van flora en fauna. Een bijkomend voordeel van bosplantsoenonderhoud is dat er meer zonlicht dicht bij dit soort beplanting gecreëerd wordt, wat ten goede komt aan de ontwikkeling van dagvlinders. In de toekomst blijven we per casus de belangen afwegen en zetten we ons in voor dierenwelzijn en het behoud van groen in onze stad.

Toelichting van de indieners

De Partij voor de Dieren heeft signalen ontvangen en zelf geconstateerd dat er dit najaar op meerdere plaatsen in de stad vrij rigoureus is gesnoeid in bosschages. Hierbij zijn complete vlakken in hun geheel vrijgemaakt van struikgewas en onderbegroeiing. Bijvoorbeeld het Annapark (zeer grootschalig) of het Ebenezer Howardpark, maar ook op andere plekken in onze gemeente.

De Partij voor de Dieren vraagt zich af in hoeverre er bij deze maatregelen rekening wordt gehouden met de biodiversiteit en het welzijn van dieren die op deze plaatsen schuilgelegenheid vonden. Dit is met name relevant nu de winterperiode nadert en veel dieren op zoek gaan naar schuilplaatsen of plekken om in winterslaap te gaan, zoals bijvoorbeeld de egel.